[NL/EN below] “Spoorzoekers” ging op zoek naar de materiële restanten van wat de kolonisatie van Congo heeft betekend voor de gemeente Sint-Pieters-Woluwe. De belangrijkste factor daarin was de aanleg van de Tervurenlaan en de tram en treinsporen die voor de wereldtentoonstelling van 1897 werden aangelegd. Op die wereldexpo presenteerde Leopold II zijn kolonisatieproject aan de Belgische bevolking. Het gigantische bouwproject ontsloot het landelijke Sint-Pieters-Woluwe en Stokkel. Die verstedelijking zorgde in de daaropvolgende decennia voor een toeristische dynamiek en veranderde de landelijke gemeente in een prestigieus woongebied. 

Om alle rijkdom uit Congo te verschepen naar België werd tussen Matadi en Leopoldville (Kinshasa) ook een spoorweg aangelegd, wat een grote dodentol zou eisen: 1931 doden waarvan 131 kolonialen. Om die te herdenken werd het idee gelanceerd om hun namen in te schrijven op een monument dat op de Tervurenlaan een plek moet vinden.

Voor het onderzoek dook Sam Vanoverschelde in die geschiedenis en in het kunstpatrimonium, om het verhaal van die koloniale connectie bloot te leggen en in zijn context te bestuderen. Deze ‘etat des lieux’ vormt de basis voor een verder onderzoek naar het immateriële erfgoed: het verzamelen van de verhalen van bewoners en andere betrokkenen. Het hele verhaal vind je uitgebreid terug in deze catalogus

“Spoorzoekers” (“Trackers”) went in search of the material remnants of what the colonisation of Congo meant for the municipality of Woluwe-Saint-Pierre. The main factor in this was the construction of the Avenue de Tervuren and the tram and train tracks built for the 1897 World’s Fair. At that world fair, Leopold II presented his colonisation project to the Belgian population. The gigantic construction project opened up rural Sint-Pieters-Woluwe and Stokkel. That urbanisation created a tourist boom in the following decades and turned the rural municipality into a prestigious residential area. 

To ship all the wealth from Congo to Belgium, a railway was also built between Matadi and Leopoldville (Kinshasa), which would claim a large death toll: 1931 dead of whom 131 were colonials. To commemorate them, the idea was launched to inscribe their names on a monument to find a place on Avenue de Tervuren.

For the research, Sam Vanoverschelde delved into that history and into the art patrimony, to uncover the story of that colonial connection and study it in context. This ‘etat des lieux’ forms the basis for further research into the intangible heritage: collecting the stories of residents and other stakeholders.